Home

Wie is van papier?

1 maart 2016

Afgelopen  vrijdag overleed psychiater/schrijver en verlicht filosoof Jan Foudraine. Zijn boek Wie is van hout? maakte 40 jaar geleden grote indruk op mij. Binnenste buiten en buitenste binnen. Niet de behandelde patiënt is van hout, nee hij voelde zich behandeld als hout. De orerende hoogleraar die hem als object in de collegezaal neerzette, was niet alleen van hout, hij had ook een houten plank voor zkbassen2ijn kop.

Het doet me denken aan die mooie omkering die vaderactivist, kinderbeschermingscliënt Gerben Rorije ergens rond 1998 pleegde. ‘Ik voel me behandeld als papier, maar het is eigenlijk dat kinderbeschermingsapparaat dat papier is en papier uitscheidt, uitschijt’. Dus pakte hij dat hele kinderbeschermingsbouwwerk in met kilometers papier. Zie de foto hiernaast.

Lees de rest van dit artikel »

Joep breit

23 januari 2016

IMG_1488

Naast mij de vrouw die me het een beetje geleerd heeft (Dat deed ze hartstikke goed) Foto: Kim Arntzen (die het project leidt)

Af en toe kan ik de aandrang niet weerstaan me te bemoeien met activiteiten die in de regel als typisch vrouwelijk worden gezien. Zorgen voor je kind, pedagoog zijn, kinderwerk doen, kunnen daar momenteel onder worden gerekend.

In mijn wijk is een plan ontstaan om een drie kilometer lange sjaal te breien.  Uiteraard moet die sjaal -in clubkleuren van buurtgenoot Go-Ahead, rood geel zwart en ook wat wit geloof ik- de onderlinge verbinding illustreren van de bewoners van Voorstad Deventer. Het leek me een mooi idee daar op zijn minst ook een klein stukje van te breien. Als man mag je niet achterblijven bij zoiets vind ik. Dus op deze foto zie je me in een typische vrouwenomgeving met een activiteit die meestal door vrouwen wordt beoefend.

Bij zo’n activiteit in Deventer zijn er dan ook altijd mensen die me nog kennen van mijn hongerstaking 20 jaar geleden als Dwaze Vader op de Brink alhier. Had ook te maken met de zogenaamde vrouwenactiviteit kinderen opvoeden, wat niet mocht van de Raad voor de kinderbescherming.

Er moeten toch nog wel wat mannen zijn die eigenlijk wel kunnen breien. Mijn zoon heeft op de vrije school wel breien geleerd.  Hij kon me dan ook helpen bij een paar losse steken. Oorspronkelijk was breien geloof ik ook helemaal niet zo speciaal een vrouwenactiviteit. Het werd bijvoorbeeld ook veel door herders gedaan. Pedagoog was dertig jaar geleden ook helemaal niet speciaal een vrouwenberoep, maar dat is het wel in sneltreinvaart aan het worden. Tijd voor positieve discriminatie. En ja, mijn lapje mag klein zijn, maar er is me een goede plek beloofd in het grote geheel.

PS: Na de eerste reacties heb ik besloten de reactiemogelijkheden voor dit blogje te sluiten. U kunt desgewenst mij bereiken via: http://joepzander.nl/formjoepa.htm

Maagdenhuis

9 april 2015

Als rechtgeaard blogger over man-vrouw en vader-moederverhoudingen zou u nu een heel betoog kunnen verwachten over maagdelijke geboortes en Joseph-achtige vaders, maar dat doe ik toch maar weer een andere keer.
Ik ben ook UvA student, of nee eigenlijk medewerker. Promovendussen vallen onder medewerkers. Ik heb daarom erg veel belang bij het verdwijnen van het rigide rendementsdenken uit de wetenschap. Al was het alleen maar om voldoende ruimte te krijgen om mijn eigen promotie af te maken. Met gedoe als Kort-Gedingdreiging enzo van de laatste jaren, komt dat wel in de knel. Het belang van mijn onderzoek in deze lijkt me ook evident. En dat er wat mannen in de richting van pedagogiek wat ondernemen is ook een belangrijk punt, want nu bijna alleen maar vrouwen.
Kortom ik wil mij graag solidair verklaren met de Maagdenhuisbezetters. Ze moeten er binnenkort uit begreep ik net. Maar uit is soms in. Dit is het moment om je solidair te verklaren.

vaders in het bezette Kinderbeschermingskantoor in overleg met de raadsdirectie


Het aardige van deze bezetting is natuurlijk ook dat het er een is met bijzondere historische diepte heeft. Parallel hieraan denk ik aan het succes in 2000 van de bezetting van de Raad voor de Kinderbescherming Zutphen en het PvdA-kantoor in Amsterdam door tientallen vaders. Ook iets dat nog eens hoognodig moet worden overgedaan. Deze bezettingen zijn niet zo goed bijgezet in de geschiedenisboeken als de eerste Maagdenhuisbezetting maar hadden veel succes al zal je dat van de Stichting Dwaze Vaders niet horen, want die wilden inmiddels niets meer van actie weten.

Mijn kritiek op de wetenschapsbeoefening in de context van vaderschap en familierecht is onder andere terug te vinden in mijn artikelen in het wetenschappelijke tijdschrift Pedagogiek van 2011 en het dossier wetenschap op vaderseenzorg.nl.

Peter Hoefnagels (wikipedia/Joep Zander)


In memoriam Peter Hoefnagels.

Ik herinner me nog hoe Emiel en ik ons door een stukje dicht bos worstelden om toch nog wat sneller bij de molen van Peter te komen. Hoe we eenmaal aangekomen eindeloos konden luisteren naar Peters onderhoudende verhalen over zijn leven en werken. Vooral intrigerend vonden wij de verhalen over de kinderhandel (letterlijk) die zich decennia geleden ook onder het oog van kinderbeschermers afspeelde. We verslonden een paar stukken hierover uit zijn nog niet gepubliceerde “biografie”. Ik vroeg me af hoe vergelijkbaar dat is met de handel (letterlijk) en wandel van de huidige voogdijinstellingen die soms vooral bezig zijn met speculatie en vastgoedhandel en daar de kinderen voor gebruiken.

Peter bemoeide zich flink met het familierecht. Niet iedereen wist dat hij daar ook een persoonlijke betrokkenheid bij had. Emiel en ik waren hem zeer dankbaar dat hij ons de ruimte gaf om daar in onze interviews op in te gaan en dat ook voor een deel te publiceren in het boek Verpasseerd Ouderschap.
Peter was ook een vader die het ouderverstotingssyndroom van dichtbij kende. Als vele vaders met een status in politiek en wetenschap was hij beducht dat hij zou kunnen worden afgerekend op deze grote betrokkenheid. Die angst was niet helemaal onterecht. Een adjunct-directeur van de Oostelijke kinderbescherming had ik een tiental jaren daarvoor al horen beweren dat Peter zo’n zijn eigen issues kende. Dat is een makkelijke manier om iemand pogen weg te zetten. Dus uiteindelijk geheel, heel erg onterecht. Voor vrouwen mag het persoonlijke politiek zijn, voor mannen is het persoonlijke blijkbaar een probleem in de politiek.

Peter maakte naam in de criminologie. Voor mij zijn zijn boeken De Kroning en de woning en zijn boek over Witte-boordencriminaliteit uit mijn hart gegrepen. Maar vooral maakte Peter naam in het familierecht. Ik kende zijn boeken uit mijn studietijd als pedagoog. Zijn revolutionaire plannen, samen met Mulock Houwer, tot hervorming van de jeugdzorgstructuren. Hij promoveerde op de kinderbeschermingsrapportage en was de grote man achter scheidingsbemiddeling in Nederland. Hehe ook een linkse jongen die zich tegen het familierecht aanbemoeit. Ik voelde me minder alleen staan.

Peter was niet alleen als wetenschapper erg veelzijdig, hij was ook een flamboyant politicus die het met verve opnam tegen staats Kosto, hij was een poëet die met zijn gedichten vaak aansloot bij de grote thema’s die hem beroerden, een muzikant en voordrachtskunstenaar die in zijn Lindese molen zijn publiek wist te roeren. Ook daarin zag ik hem als voorbeeld. Om het eens heel persoonlijk te zeggen; ik zag hem graag als mijn, al weer lang gemiste, opa.

De vorige week, 24 november, overleden Peter Hoefnagels was al een tijdje weg uit het publieke leven. Een paar maanden geleden ontmoette ik hem, samen met zijn lieve vrouw Nelleke, voor het laatst in zijn mooie huis naast de molen in de buurtschap Linde in de buurt van Vorden. Wie meer erover wil weten kan een deel van het interview dat ik, samen met Emiel Smulders, met hem had teruglezen in het boek Verpasseerd Ouderschap. Een deel van dat interview is overigens nog níet gepubliceerd.

Twee stukjes uit de tekst

“Als Peter elders tegen de ambtelijke molens vecht dan denk je wel eens
dat hij een Don Quichotte moet zijn. Zijn a priori overgave intrigeert ons.
Hij is een vechter, iemand die met de moraal in de hand het onrecht
bestrijdt, als schrijver, als hoogleraar en als politicus. In verband met dat
laatste denken we aan zijn pakkende politieke vragen in 1990 aan toen-
malig staatssecretaris van justitie Kosto. Hij vroeg zich af, of het nieuwe
recht op omgang wel een einde zou maken aan de onrechtvaardige situ-
atie waarin vaders buiten de omgang met hun kinderen worden gestoten.
‘De fractie van de Partij van de Arbeid kan de relatie nooit zo sturen als de
blik van de verzorgende ouder dat kan. Moeders wil is wet en de rest kan
met blote benen naar bed.”

“Mijn kinderen hebben van hun moeder valse verhalen over mij gehoord
en zij zijn daarin gaan geloven. Ze snapten eerst niet dat het valse verha-
len waren die verzonnen zijn. Zelfs nu nog, 45 jaar later, heeft hun moe-
der het er moeilijk mee als ze mij bezoeken.”

zie het boek Verpasseerd Ouderschap
zie Wikipedia over Hoefnagels

honger

12 april 2010

interview met mij tijdens mijn hongerstaking 1995; klik hier

Lange strijd maakt soms hard. Aardigheid en genuanceerdheid delven vaak het onderspit. In veel discussies op dit blog  is het moeilijk om duidelijk te maken dat het rond kinderen niet gaat om macht en winnen. Als ik hier vertel dat je als vader niet moet opgeven en ervoor moet gaan dan lijkt het soms net of ik van niets anders weet.
Ik denk dat het in veel maatschappelijke strijd zo gaat. Het is moeilijk om kwetsbaar en genuanceerd over te blijven komen.
Toen ik in een digitaliseringsactie een filmpje onderhanden had over mijn hongerstaking viel me op hoe relaxed ik me tegenover de studentes van de Hogeschool van Amsterdam wist uit te drukken. Dat lukt me niet altijd, ook al zijn mijn opvattingen opvallend onveranderd.

En de kans om een dik half uur je ideeën te mogen uitleggen aan een geduldig gehoor heb je ook niet zo vaak.

Afin vanuit dit oogpunt vond ik het dus toch een goed idee om dit filmpje op het net te zetten. Het lukte me niet dit te embedden. U moet dus op de fotoanimatie hiernaast klikken om hem te zien.

Een enigszins voldaan gevoel dus. Ook al ging het hier om een serieuze hongerstaking met weinig directe resultaten.

De onderwerpen die in dit interview aan de orde kwamen kunt u mede traceren aan de hand van de tags hieronder.

Meer over deze actie kunt u nog nalezen

engel met een verbrande vleugel

De sfeer waar in je proeft dat mensen wat anders doen dan ze pretenderen hoog te houden. Priesters en andere vertrouwensfiguren, die kinderen misbruiken, slaan. Niet alleen dat soort daden van fysiek misbruik zelf, maar de sfeer en houding dat het er natúúrlijk helemaal niet om ging om te doen wat je zegt. Dat je maar een slemiel bent als je dat wel probeert. Dat is de onderliggende kloe van deze viezigheid.

Die meester die door de juf in de tweede klas als het dreigbeeld werd voorgehouden, want wee je gebeente werd je met zijn rietje op je blote kont geslagen in het schoonmaakhok van de school. Dat hok was een duister kamertje naast het heilighartbeeld. Een keer moest ik mee. Ik geloof dat er mij toen niets gebeurd is. Maar het beeld zit er goed in. En voordat dit een erg manonvriendelijk stukje dreigt te worden wijs ik er nog maar eens op dat de voor mij meest vertrouwde persoon de juf van klas 2 was. Juist díe leverde mij uit aan een sadist.

Erg pregnant werd die dubbele moraal bij de verkennerij (scouting) waar je ook nog een belofte moest afleggen op een moraal die als dubbele moraal bedoeld was. Zelf richtte ik toen maar een eigen klub op die daardoor wel wat rigide was in de uitvoering van de regels. Dat krijg je dan.

Ooit werkte ik als groepsopvoeder in een internaat waar ik de bedompte sfeer van de dubbele moraal voelde rondzweven. Waar kinderen volgens een structuurmodel werden opgevoed, dus vrij autoritair, door een instituut dat de regeltjes helemaal niet zo nauw neemt. Uiteraard liepen die jongens in die groep voortdurend weg. En zelf ben ik daar ook snel weer weggegaan. Toen een jaar of tien geleden allerlei verhalen de ronde gingen over seksueel misbruik door paters in tehuizen moest ik vaak aan dat internaat denken, waar ik maar een klein half jaar had gewerkt. Zou…… Ik praatte er met een vroegere collega over, die ik in Deventer nog wel eens tegenkom. Of hij wel ooit iets had gemerkt. Er waren toch jongetjes die op vrij vreemde momenten bij de pater-directeur moesten komen. Hij kon er niets van bevestigen. Dus het bleef bij een vage indruk.
Vandaag lees ik in de NRC dat er uit die periode bij het Wezeveld in Twello wél een melding is van misbruik.

De dubbele moraal heeft echter ook nog een dubbele bodem. Nu zijn geestelijken bloot komen liggen. Die geestelijken fungeerden vaak als kinderbeschermers. In die hoek zullen we nog veel verder moeten zoeken. Niet alleen seksuéél misbruik door kinderbeschermers, maar allerhande kindermishandeling door kinderbeschermers en andere justitiebonzen. De ergste dingen komen niet het eerst, maar het laatst, aan het licht. Goed dat we nu die paters flink aanpakken, maar daar moet het niet bij blijven. Nog steeds willen we niet echt zien wat er in het hier en nu nog steeds gebeurt. Door de mensen die, misschien nog wel meer dan religieuzen pretenderen de moraal hoog te hebben, maar in feite de broek laag laten zakken.

Je kunt proberen daar aangifte van te doen. Maar niemand zal het interesseren. Net zo min als het dertig jaar geleden iemand had geïnteresseerd als je aangifte had gedaan van alles, dat nu wel ineens de vraag oproept waarom toen niemand aangifte deed. Als geen ander weet ik uit ervaring dat aangifte in dit soort gevallen leidt tot vervolging van degene die aangifte doet.

Wij worden gedwongen loyaal te zijn aan idioten die geen vertrouwen en zeker geen loyaliteit waard zijn.

Dit blog zou iets met vaderschap te maken moeten hebben? Pater omnipotentum? Eigenlijk het tegenovergestelde van vaderschap dat juist een duiding zou moeten zijn van gezag. En gezag is juist gebaseerd op een samenstel van integriteit en overtuigingskracht.

persoonlijk en politiek verhaal van Peter Tromp
misbruikkaart van NRC
poging tot aangifte, leidend tot vervolging van de aangever
later toegevoegd: dit was vlak voordat ik daar kwam werken

Ontvoerende moeders

10 februari 2010

ontvoering door de dood in Erlkönig

Merkte ik vorige week in goed gezelschap nog op dat Trouw toch wel erg anti-vaders lijkt, wordt het deze week gelijk gelogenstraft. Hoewel… Het heeft wel érg lang geduurd voordat ze het door hadden dat moeders vaker kinderen ontvoeren dan vaders. Maar nu staat het dan ook groot als hoofdartikel op de voorpagina.

Enige compensatie voor de voorpaginakop van enkele jaren geleden waar vaders werd aangezegd dat ze nergens voor nodig zijn (interview Tamar Fischer).

De mediahype op de hand van de moeder van Sara en Amar die met een door de staat gelegaliseerde ontvoering de kinderen bij de vader weghaalde, daarna tegen haar toezeggingen in geen enkele omgangsregeling uitvoerde en zelfs het eenhoofdig gezag eiste, ligt nog vers in het geheugen.

En zo nog veel meer. Op mijn mail naar Trouw met verwijzing naar mijn blog, een stukje hieronder, over het toch maar niet plaatsen van een stuk over het boek “De jungle van de jeugdzorg” heb ik trouwens nog niets gehoord. Het pleit is daar dus vast nog niet helemaal beslecht.

Misschien moeten ze bij Trouw eens wat sites lezen als papa.nl.nu waar al jaren wordt uitgelegd hoe dat staat met ontvoeringen, maar ook met jeugdzorg, kinderbescherming, recht, vaderschapsdiscriminatie enz.

het papa.nl.nu-dosssier kinderontvoeringen
Deel trouw-artikel
Over de anti-vader-artikelen in Trouw

Vader gaat verhalen

26 december 2009

De kinderbescherming ligt slecht bij de eerste lijnszorg. Dat bleek een tiental jaren geleden uit onderzoek. Maar ongetwijfeld is daar weinig aan veranderd. Als dan ook de vader van de hoofdpersoon (beiden huisarts) in het boek “en de kinderen dan…” opmerkt dat je van die club niets te verwachten hebt dan maakt hij een goed punt. Jammer dat dat niet in dit maatschappelijk kader wordt gezet.

Schrijver Victor Barlo scheef niet alleen het verhaal; hij probeerde ook zijn verhaal te hálen. Dat laatste lukte minder.

Ik schreef een recensie over het interessante boek van ex-huisarts Victor Barlo na het in een flink tempo te hebben gelezen. Waarom dit boek de moeite waard is kun je verder hier lezen:recensie

Een moeder voor Bowlby

12 december 2009

Op een dag kwam de jonge Bowlby er achter wat hij gemist had in een moeder die het grootste deel van zijn verzorging en opvoeding aan een kindermeisje overliet (dat later weer verdween). Hechting. En daar heeft hij een punt van gemaakt. Onder andere met een lijvig rapport (1951) aan de Wereldgezondheidsorganisatie onder de titel Maternal Care and Mental Health. Hiermee maakte hij duidelijk dat je kinderen niet zonder consequenties voor hun geestelijk welzijn van hun primaire hechtingsfiguur kunt scheiden. Kinderen zijn níet zozeer aan moeders gehecht omdat daar het éten vandaan komt, maar omdat ze er een veiligheid in ervaren die cruciaal is. En snel voegde hij er achter aan dat dat natuurlijk niet perse alleen om moeders hoeft te gaan, maar ook andere primaire zorgers. Je zou zelfs kunnen zeggen dat Bowlby door de hechting los te koppelen van de borstvoeding de kansen voor vaderschap heeft geopend en daarmee een begin van een einde heeft gemaakt aan de zogenaamde Tender years presumption.
En juist ook váders kunnen zich erop beroepen dat het verbreken van de veilige hechting met hun kind desastreus kan zijn.
Helaas wemelt het in kinderbeschermingsland van mensen die juist vinden dat Bowlby de gróndlegger is van de Tender years presumption en dat hij het onweerlegbare bewijs zou hebben geleverd dat je kinderen vooral bij de moeders moet laten. En dit verhaal werd onlangs weer eens dik aangezet in het Tijdschrift voor Jeugd en Familierecht met een artikel van voormalig kinderbeschermer Pieter Vermeulen.
En ja hoor, al die rechters en advocaten in ons land gaan weer los met dat verhaal.
De vader van Bowlby? Daar vraagt u wat. Aan die kant van de familielijn zit nogal wat Gemist Vaderschap. Maar graag ga ik er nog een keer over verder. Wie weet wel in genoemd tijdschrift.

Discussie tussen mij en, onder andere Pieter Vermeulen, op TV B&W
Lemma over Bowlby in Wikipedia

Ik moet in een blog wat kort van stof blijven en realiseer me dat ik daarmee een hoop nuances te kort doen. Dit terwijl het voor andere lezers misschien alweer een beetje zware stuff is. Indien u werk wilt maken van dit verhaal zou het goed zijn als u nog eens verder kijkt en googelt op fathers, Bowlby en attachment

we doen zo ons best

3 juli 2009

Liesbeth Groenhuijsen

Liesbeth Groenhuijsen tijdens een betoog van mij

Jeugdzorgers en kinderbeschermers (what is in a name?) doen volgens eigen zeggen alle mogelijke moeite om kinderen met Ouderverstotingssyndroom naar de verstoten ouder te sturen. Zeggen ze. Sommige althans.

Ik zie het al voor me zo’n kinderbeschermer zoals mevrouw Liesbeth Groenhuijsen  (zie hiernaast) die gaat uitleggen aan een kind dat het echt wel heel erg perse naar hun vader moet.  Ik zie het niet alleen voor me,  ik kwam haar pas nog tegen op een congres van de NIP (psychologenvereniging) waar we allebei een workshop verzorgden.

Zo’n kind ( het gaat in dat geval vaak om puber die zich wat minder makkelijk laten moven) weet natuurlijk al lang dat dat soort mevrouwen of ze nu rechter of hulpverlener zijn ook zijn overgeleverd aan een wispelturig familierechtsysteem waar geen peil op valt te trekken, laat staan de garantie uit te halen dat ze dan ook bij haar vader mag blijven komen. Dit systeem biedt geen zekerheid en geen veiligheid voor kinderen in deze situatie. Ook Mevrouw Groenhuijsen zelf is wat dat betreft niet echt betrouwbaar ( zie mijn recensie over een van haar boeken).

Een tijd geleden kon ik Mevrouw Groenhuijsen op de tv nog horen vertellen dat als een moeder maar een foto van de vader op hangt ze blijkbaar een positieve attitude naar die vader heeft.  Inmiddels is het punt geland dat dat nog lang niet alles zegt. Het gaat ook om een diepe overtuiging dat beide ouders van belang zijn.

Wat nog niet geland is is het punt dat je zelf als hulpverlener ook die overtuiging moet hebben. Anders werkt het nooit.

In mijn workshop op dat congres bleken veel mensen rond te lopen die praktische handvaten hadden gemist. Bijvoorbeeld hoe je kinderen uit die verwrongen loyaliteitskeuze kunt trekken.

Dat een kind gedwongen moet worden om naar beide ouders te gaan vonden ze een twijfelachtige aanpak. Hun twijfel maakt het twijfelachtig vrees ik.

We doen zo ons best om tegen onszelf te vechten; dat is het beste wat ik er van zou kunnen maken.  Maar zelfs dat niet vrees ik. De negatieve kwalificaties blijven inmiddels dusdanig de raadsrapporten vulllen dat je je kunt afvragen of inmiddels niet de zogenaamde hulpverleners de primaire programmeurs van ouderverstotingssyndroom zijn.

Over het boek (Dees, een vader en een viool) van Liesbeth Groenhuijsen

klachtuispraken over Mevr. Groenhuijsen: http://www.tuchtcollege-gezondheidszorg.nl/images/2008h117.dh.pdf en http://tuchtrecht.overheid.nl/zoeken/resultaat/uitspraak/2012/YG1785

%d bloggers liken dit: